
Heemvriend Jos Maalderink schrijft graag over genealogie – de extreem hemige activiteit genealogie. Hij schreef er laatst al een geweldig stuk over voor dagblad Trouw, en het is dan ook zeker niet zonder trots – wat zeggen we: het is met veel trots – dat we nu een nieuw stuk van Jos mogen publiceren, aanbieden, te lezen voorschotelen. Zie hier: een stuk over de reis die Jos’ overgrootvader maakte naar de asmogendheden, compleet met prachtige herinneringen aan Jos’ opa en oma!
Al een half jaar lang ben ik obsessief het leven van mijn voorouders aan het reconstrueren. De mooiste vondsten zijn degene die het verleden in al hun rommeligheid tonen, die laten zien dat mensen op dezelfde manier in elkaar zaten zoals mensen nog altijd in elkaar zitten.
In de zomer van 1938, toen donkere oorlogswolken zicht samenpakten boven Europa, maakte mijn opa een mooie treinreis door de asmogendheden, de landen die na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog aan de zijde van Nazi-Duitsland vochten. Hoogtepunt van de rondreis was Boedapest. Dat hij daar als jongeman een keer is geweest wist ik al langer. Tussen de foto’s en documenten die mijn grootouders hebben nagelaten zat een fascinerende foto op het Vissersbastion in Boedapest. Mijn opa staat tussen een groep goedgeklede mensen, met een sigaret tussen zijn vingers en een pennenstreep boven zijn hoofd.
Kort geleden ontdekte ik dat hij op diezelfde reis ook in Venetië is geweest. Bij mijn moeder op zolder vond ik een paar ansichtkaarten uit de jaren 30, waaronder eentje die mijn opa augustus 1938 vanuit de stad van de Heilige Marcus stuurde aan zijn ouders. Hij schrijft dat het weer erg warm is, de reis erg mooi, en dat ze dinsdag naar Boedapest gaan. Ze zullen verblijven in Hotel Royal en vraagt zijn ouders hem te schrijven. De Italiaanse posterijen hebben met hun poststempel op mijn opa’s kaart reclame gemakt voor de vrijetijdsorganisatie van de PNF, de Partito Nazionale Fascista.

Ik heb mijn opa nooit gekend,. Hij is overleden in 1975, elf jaar voordat ik ben geboren. Voordat ik de ansichtkaarten vond, waren brieven die hij in 1942 stuurde aan mijn oma en aan zijn ouders de oudste handgeschreven teksten die ik van hem kende. Zijn vroegere leven kon ik redelijk reconstrueren omdat we een aantal foto’s hebben, mijn oma veel over hem vertelde en omdat verhuizingen en examenuitslagen vroeger in de krant stonden. De ansichtkaarten waren een mooie kans om mijn beeld van mijn opa’s leven kort voor de Tweede Wereldoorlog aan te vullen. Ik weet dat hij direct na de Duitse inval in mei 1940 een brief met zijn gedachten stuurde naar zijn ouders, maar helaas is die niet bewaard gebleven. Wat deed mijn opa in 1938 met een groep mensen in Italië en Hongarije? Ik hoopte op iets niet al te fascistisch.

Ik besloot de zoektermen ‘Venetië’, ‘Boedapest’ en ‘katholieke’ in Delpher te gooien en te filteren op resultaten uit 1938. Zo ontdekte ik deze advertentie van de Nederlandsche Reisvereeniging voor Katholieken. ‘Uw Vacantiedroom. Onder katholieke deskundige leiding.’ Veertien dagen naar Bazel, Lugano, Milaan, Venetië via Triëst naar Boedapest. Op de terugweg deed het reisgezelschap, drie maanden voor Kristallnacht, Neurenberg en Keulen aan. En dat voor slechts f 122 (plus f 3,- administratiegeld). In de advertentie staat een uitgebreide planning zodat ik de foto nu kan dateren: ‘Donderdag 11 augustus: Voormiddags bezichtiging Koninklijken Burcht en Visschersbastion. Des namiddags gemeenschappelijke lunch in Hangli-Kioszk aan den Donau; vervolgens per schip uitstapje naar de beroemde wijnkelders van Boedafok, waar onze deelnemers de gasten zijn van het Hongaarsch Ministerie van Landbouw en uitgenoodigd worden den wijn te proeven’.
Mijn opa was in de zomervacantie van 1938 30 jaar oud en vrijgezel. Hij was geboren in Sappemeer. Omdat hij wat meer van de wereld wilde zien was hij naar Utrecht verhuisd waar hij werkte als onderwijzer. Ergens rond de tijd dat hij zijn vacantie maakte, leerde hij mijn oma kennen. Mijn oma was de jongere zus van zijn collega Jo. Mijn opa was bij Jo thuis uitgenodigd voor een vergadering van de katholieke onderwijzersvereniging. Jo had mijn oma, onderwijzeres in opleiding, meegesleurd naar de vergadering ‘als stemvee’. De vonk sloeg nog niet over, daarvoor moest eerst de Tweede Wereldoorlog uitbreken.
In september 1939 viel Duitsland Polen binnen en mobiliseerde het Nederlandse leger, precies aan het begin van het schooljaar. Een collega van mijn opa en Jo moest in dienst en viel daarom onverwacht uit. Mijn oma vulde die vacature in. Zo werden mijn grootouders collega’s. In 1942 sloeg de vonk tenslotte over, en in 1946 zijn ze getrouwd. Tijdens het bruiloftsfeest maakte de familie van mijn opa grapjes over hoe lang hij vrijgezel was gebleven.
Kwam ons ventje met vacantie thuis,
Dan was ’t in de omgeving lang niet pluis
De buurvrouw had al gauw vernomen,
Dat Henkie nog geen meisje had genomen
Ze liet een aantal nichtjes komen
En deze wichtjes gingen dromen
Van geluk in het nabij verschiet
Maar ons Henkie moest ze niet
Als vrijgezel, dus zonder vrouw,
Bleef hij de vrijgezellenclub trouw
Ik weet niet of mijn opa niet geïnteresseerd was in vrouwen of te onzeker was of een combinatie van beide. “Hij is gewoon te druk met boeken”, zei mijn moeder eens over mij toen haar door een hoogbejaarde, nooit gehuwde Mexicaanse dame werd gevraagd waarom ik (toen 21 jaar oud) geen vriendin had. Ik denk dat mensen destijds ook zo over mijn opa spraken.
Uit de oudste brieven die hij aan mijn oma schreef, krijg ik de indruk dat hij bang was iets verkeerds te zeggen. Maar mijn oma bleek een schot in de roos, en mijn grootouders moeten een gelukkig huwelijk hebben gehad.
Mijn opa zal zijn leven als vrijgezel op een andere manier hebben genoten. Een onderwijzerssalaris was in die tijd voldoende om een gezin te onderhouden. Eind jaren 30 woonde mijn opa in de kost op de Abstederdijk in Utrecht, bij de schoonzus van zijn schoonzus. Opa had dus tijd en geld om stuk te slaan op mooie vacanties. Uit een andere ansichtkaart weet ik dat hij in de jaren 30 ook een keer in Engeland is geweest.
‘Er zullen wel boeken over verschijnen’
Als ik nadenk over de vacantie die mijn opa aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog maakte door de asmogendheden, voelt de afstand tussen verleden en heden heel klein. We hebben de afgelopen jaren de coronacrisis over ons heen gehad, Rusland is Oekraïne binnengevallen en de effecten van de klimaatcrisis worden steeds duidelijker. En toch leven wij door alsof er niets aan de hand is.
Dezelfde reis die mijn opa in 1938 maakte is een jaar later nog een keer georganiseerd, las ik in de krantenarchieven van Delpher. Op 20 augustus 1939 stapte het reisgezelschap in Nazi-Duitsland in de trein om later die dag in Arnhem behouden thuis te komen. 10 dagen later viel Duitsland Polen binnen en was de Tweede Wereldoorlog een feit. Wat deden mensen kort voor de Tweede Wereldoorlog? Hetzelfde wat we deden tijdens de coronapandamie en aan het begin van de klimaatcatastrofe: op vacantie. “History does not repeat itself, but it rhymes”, luidt de wijsheid die ten onrechte aan Mark Twain wordt toegeschreven.
Mijn opa heeft veel vastgelegd over zijn leven tijdens de Tweede Wereldoorlog. We hebben de briefwisseling met mijn oma en ook een en ander aan correspondentie met zijn ouders. Als hij kort na de slag om Arnhem schrijft, vraagt hij zijn ouders expliciet de brief te bewaren voor later. Op zolder bij mijn moeder ligt een kartonnen doos vol kranten die hij tijdens de oorlog heeft bewaard, van NSB-spreekbuis Volk en Vaderland tot illegale verzetskrantjes. De verzameling begint met Volkskranten uit augustus 1939, een paar dagen voor de Duitse inval in Polen. Uiterlijk in de laatste week voor de Duitse inval in Polen dacht mijn grootvader dus: ‘foute boel, dit moet ik bewaren voor later’.
Van oktober 1944 tot februari 1945 hield mijn opa in twee schriftjes zijn dagelijks leven bij. ‘Enfin, over deze tijd zullen later wel boeken verschijnen’, schrijft hij als hij in het begin van zijn dagboek heel kort de Tweede Wereldoorlog uitlegt. De rest van zijn leven heeft hij geprobeerd te snappen wat er gebeurd is. In de dozen met oorlogskranten zitten meerdere boeken die na de oorlog verschenen zijn. Bij mijn oma in de boekenkast stonden vroeger alle 26 banden van dr. Loe de Jongs ‘Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog’.

Hitlerwetter
Het was in de zomer van 1938 erg heet in de asmogendheden. Het reisverslag dat na terugkomst in de krant verscheen spreekt van het ‘schoonst denkbare zomerweer’. Niks geen donkere oorlogswolken, de foto op het vissersbastion in Boedapest is genomen in de stralende zon. ‘Hitlerwetter’ noemde men zulk weer destijds in Duitsland. Die middag is mijn opa met het hele gezelschap naar wijnproeverij geweest op het Hongaarse ministerie van Landbouw. Toenmalig minister Sztranyavszky Sándor zou in november 1938 aftreden uit protest tegen de groeiende politieke invloed van Nazi-Duitsland in zijn land.
In het krantenartikel dat na afloop verscheen is te lezen dat de algemene reisleider ‘ietwat ontdeugend’ vroeg of hij ‘eventuele ondertrouwkaartjes’ ook toegezonden kreeg. Kennelijk waren in het reisgezelschap, waar ongetrouwde mannen en vrouwen deel van uitmaakten, relaties onstaan. Mijn opa keerde in ieder geval als vrijgezel terug van zijn vacantie naar de as-mogendheden. Hij had op dat moment precies de leeftijd die ik had toen ik mijn partner leerde kennen. Mijn laatste vacantie als vrijgezel was naar Valencia, met het vliegtuig. Het was bloedheet en niet eens zo leuk.
Waar mijn opa’s familie in de jaren 30 politiek stond weet ik niet zeker. Kort na de oorlog heeft mijn opa één keer CPN gestemd, omdat de communisten zo actief waren geweest in het verzet, maar dat was zijn jeugdzonde. Zijn ouders hadden in 1937 hun 45-jarig huwelijk gevierd met een vacantie in het Sauerland, ook al in Nazi-Duitsland. Dat had nogal voeten in de aarde, want mijn overgrootouders spraken geen Duits en mijn overgrootmoeder was bovendien bang om in een auto te stappen. Tijdens de bezetting schreven zijn ouders een aantal keer over de Jodenvervolging in Hoogezand en Sappemeer en hoe verschrikkelijk ze dat vonden. De Joodse familie De Beer, met wie zij bevriend waren, werd in Auschwitz vermoord.
Van mijn oma’s familie ken ik meer verhalen uit eerste hand. Ik heb haar nog lang meegemaakt en ze vertelde graag over de crisisjaren en de oorlog. Mijn oma kwam uit een politiek nest. Haar vader was begonnen als smid, leidde een staking en wist via de katholieke vakbond en de Roomsch-Katholieke Staatspartij omhoog te klimmen op de maatschappelijke ladder. In 1935 stond hij in Utrecht op de provinciale lijst van de RKSP, precies de verkiezing waarin de NSB haar beste resultaat haalde. Ik weet dat mijn oma’s familie in de jaren 30 de NSB ten strengste afkeurde en dat de moeder van mijn oma al voor mei 1940 was begonnen met hamsteren. Zij vertelde altijd hoe bang ze waren als ze ‘Hitler op de radio hoorden brullen’. Misschien is het grootspraak achteraf. Als mijn oma’s familie daadwerkelijk de Duitse inval in Nederland zag aankomen hoorden ze in ieder geval bij een kleine minderheid.
“Hij wilde altijd zien wat er gebeurde”, vertelde mijn oma over mijn opa. Hij moet een nieuwsgierige man geweest zijn. In de laatste dagen van de oorlog fietste hij door een mijnenveld van Hoogezand naar Groningen, gewoon omdat hij wel eens wilde zien of die stad al bevrijd was. Ik denk ook dat mijn oma’s intelligentie een van de dingen was die hem in haar aantrok.
Ik weet niet wat mijn opa vond van de hakenkruisvlaggen en de Italiaanse fascistische propaganda die hij tijdens zijn vacantie in 1938 gezien moet hebben. Ik denk niet dat hij zich in 1938 erg bezig hield met de dreiging van oorlog en genocide. Maar hij zal ongetwijfeld zijn ogen goed de kost hebben gegeven. Maar de kaart en de foto die mijn opa aan die vacantie heeft nagelaten, helpen in ieder geval om hem én de wereld van 1938 iets beter te leren begrijpen. Ik zou die reis graag met hem gemaakt hebben. Nog liever zou ik met hem gesproken hebben over die reis, over die tijd.
Jos Maalderink is historicus en journalist, redacteur voor De Speld en hij speelt ‘de broer van Roel’ in het VPRO-programma Plakshot.